Over journalisten, angst en confrontatie…


In het december nummer van Psychologies verschijnt er een artikel over Human Design. De journaliste die bij me langs kwam, brengt er verslag in uit van een Human Design Reading. Het was een hele ervaring en geen parcours zonder hindernissen. Hieronder de tekst die ik schreef kort na haar eerste bezoek. Van kwetsbaarheid gesproken…

Confrontatie met angst: een verhaal over een open miltcentrum

Misschien kun je het je nog herinneren. Het wachten in de gang tot je aan de beurt was. De spanning die zich opbouwt als een draaikolk in je lijf, een levend kronkelend monster dat zich aan een verrassende snelheid meester maakt van je ingewanden, je maag kan het amper houden. Snel nog even de leerstof doornemen, maakt je alleen maar misselijk, vragen en verhalen van andere studenten probeer je te negeren, voor de paniek je helemaal lam legt. Uiterlijk lijk je kalm, binnenin raast de angst. Onredelijk, denk je, want je hebt je goed voorbereid. Maar in die momenten voor de waarheid, kan zelfs deze wetenschap je niet tot rust brengen. Integendeel, als je op voorhand wist dat je kansloos was, had je er minder miserabel bij gestaan en je voorbereid op een zekere afgang. Ook geen fijn vooruitzicht, maar in zekere zin onder controle. Wanneer je eindelijk wordt binnengeroepen, bonkt je hart tegen je ribbenkas. Achter die deur ligt het onvermijdelijke…

Enkele weken geleden had ik deze beschrijving als overdreven bestempeld. Zo erg was het toch allemaal niet. Na wat ik gisteren heb meegemaakt, weet ik beter. Het geheugen van mijn lichaam vertelt me verhalen die ik in de loop der jaren had laten verdwijnen onder het mentale stof van mijn ratio. Nu herinner ik me weer wat ik nooit meer wou voelen. Angst.

45% van de mensen heeft een open of ongedefinieerd miltcentrum. In Human Design staat deze energie-hub voor ons lichaamsbewustzijn, volledige overgave aan je existentie in het nu, spontaneïteit, gezondheid, welzijn, waarden en het immuunsysteem. Hier huizen al onze primaire overlevingsangsten – in hun gezonde vorm niet meer of minder dan een cruciaal onderdeel van een uiterst intelligent waarschuwingssysteem. Daarom herbergt het ook een fundamenteel gevoel van veiligheid, een instinctief en alert overleven in het moment.

Openheid betekent inconsistentie. Dus wie met een ongedefinieerd miltcentrum is geboren, heeft geen consistent lichaamsbewustzijn en zodoende ook geen diepgeworteld besef van veiligheid. Iedereen is bang, jouw lijf is banger. Angst kan zo diep bij je binnenkomen dat je gaandeweg strategieën ontwikkelt om die akelige gevoelens uit de weg te gaan. Je vecht, vlucht of bevriest. Je onderdrukt, je negeert, je probeert met mentale concepten, woorden en daden te controleren wat zal gebeuren, om op die manier iedere overrompelende inval te slim af te zijn. Je innerlijke gevoel van welzijn beleef je als een onregelmatig komen en gaan. Je verlangt naar lichamelijke geborgenheid met heel je wezen en je zoekt dit onbewust op in je relaties. Wat maakt dat je afhankelijk kan worden van iemand of iets wat jou dat veilige gevoel geeft. Of dat je loslaat wat wel goed voor je is om je niet oncomfortabel te hoeven voelen.

Ik heb een ongedefinieerd miltcentrum en heb lange tijd gevochten met dit concept, ik begreep het niet. Nu zie ik dat het mentaal niet te vatten is. Het gaat om het doorvoelen. En net dat heb ik jarenlang geweigerd: hoe moedig ik ook was om in mijn zieleroerselen te graven, die ellendige confrontatie was ik niet bereid om aan te gaan.

Gisteren zat een vrouw bij me voor een reading. Een diep existentiële persoonlijkheid die het potentieel heeft om vanuit het natuurlijke ritme van haar energie haar omgeving mee te zuigen in haar flow. Door puur en intentieloos haar intuïtieve zelf te zijn, ieder moment opnieuw, schept ze schoonheid en Liefde, en kan ze anderen bekrachtigen en inspireren om ook hun ongefundeerde angsten los te laten. Op die manier deelt ze met ons een ideaal waar wij collectief naar streven: ieder individu gezond en wel als zichzelf in de flow van een universeel geheel, iedere cel van een lichaam perfect functionerend in het gezonde organisme waar het deel van uit maakt. Wanneer zij echter haar eigen ritme negeert, genereert ze willens nillens patronen van chaos en verwarring, in de eerste plaats in zichzelf. Frustrerend en vermoeiend…

Al dagen voor ze zou komen, groeide er onrust in mij. Ik controleerde meer dan anders of ik het allemaal wel goed had voorbereid. Het feit dat het ging om een freelance journaliste, droeg daar aan bij: ze zou in de loop van de volgende maanden een artikel schrijven over Human Design. Een belangrijke mijlpaal voor mij en voor het verder bekend maken van dit systeem in België. De eerste tekenen van angst begonnen zich te tonen. Ik zag ze wel, maar probeerde ze met man en macht op afstand te houden. Dit was niet het moment.

Aanvankelijk leek het allemaal wel mee te zullen vallen: ik verwelkomde een sympathieke vrouw die open stond voor wat ik te brengen had. Ik stak van wal, onzeker, onrustig, maar op een of andere vreemde manier ook open voor wat zou komen. Pas na een tiental minuten begon het monster zich harder te roeren, langzaam maar zeker evoluerend van een ongemakkelijk gevoel in de buikstreek naar een lijf dat maar een ding wou: verdwijnen. Ik hoorde mijn woorden en mentale concepten vechten tegen de oncontroleerbare medusa’s in mijn buik, maar ik had er geen controle meer over. Enkele keren bracht ik het op haar te vragen of het nog ok was voor haar, maar ik had het lef niet om oprecht te wachten op haar antwoord. Ik kon mezelf niet stoppen, maar wist dat ik eigenlijk ook niet verder kon. ‘Nog enkele minuten en ik barst’, schoot het door me heen, toen zij me onderbrak.

‘Het spijt me’, zei ze gespannen, ‘maar dit gaat niet werken voor me. Ik kan niet meer. Ik ben al een week ziek, maar heb nog niet gerust, ik ben doodmoe. Dit is zoveel informatie en zelfs al respecteer ik je voor de passie waarmee jij dit brengt en hoor ik af en toe heel interessante dingen, ik ben er een diepe weerstand tegen aan het opbouwen door de manier waarop jouw ritme botst met dat van mij. Ik verlies voortdurend de draad en mijn ongeduldige persoonlijkheid kan hier niet mee om.’

Terwijl ze sprak, voelde ik mijn buik ontspannen, als in een diepe deugddoende zucht. Ik keek haar voor het eerst sinds ons samen zitten recht in de ogen en zei: ‘Uit de grond van mijn hart: dankjewel. Ik ben het met je eens, helemaal. Wat zou je ervan denken om dit een andere keer te doen?’ Haar opluchting weerspiegelde die van mij: ‘Meen je dat?’ In het daaropvolgende afrondende gesprek van een kwartier raakten we dieper aan de essentie van haar design dan ik ooit had kunnen bereiken met mijn woordenvloed. We hadden elkaar eindelijk gevonden, in wederzijds respect voor elkaars energie. Een ervaring die me nu, achteraf gezien, meer heeft geleerd dan ik ooit in woorden kan uitdrukken.

Ik denk aan haar moed om de confrontatie aan te gaan. Met haar open emotionele centrum had ze uit angst voor mijn verdriet of woede alles lijdzaam kunnen ondergaan, om er dan achteraf het hare van te denken. We zouden allebei diep gefrustreerd en vermoeid de arena van onze onuitgesproken gevoelens hebben verlaten.

Ik denk aan wat ik had kunnen doen. Ik had haar woorden kunnen interpreteren als een persoonlijke aanval. Ik had met de vinger kunnen wijzen, naar mezelf en/of naar haar, met mijn innerlijke criticus als grote overwinnaar. Ik dank de ingeving van het moment die mij heeft laten inzien dat wat wij samen meemaakten niet persoonlijk was. Dat ervaringen dat nooit zijn. Dat we ze beleven en zien, en dat is het. Meer niet. Ik heb aan de levende lijve ondervonden hoe dit eenvoudige besef het gevreesde monster als sneeuw voor de zon deed verdwijnen. Ik heb het niet gevoed met mijn twijfels en verwarring, maar maakte de genade mee van het doorvoelen en doorzien. Haar reactie was navenant: ‘Kon iedereen maar zo reageren.’

Ik denk aan de interactie tussen mensen, aan mijn gevoeligheid voor veiligheid in een groep, aan de mogelijkheden die bewuste dialoog kan brengen, aan de vrijheid die ligt in de overgave en het niet controleren, aan de oneindigheid en onvoorspelbaarheid van wat wij samen kunnen bereiken als we authentiek met elkaar communiceren zonder alles steeds weer op onszelf te moeten betrekken.

Ik denk aan de toekomst en aan andere manieren om mensen met hun design te laten kennismaken. Aan datgene wat ik zag gebeuren toen zij en ik in een proces stapten dat doordrongen was van de ervaring van dat moment. De aha die daaruit kon ontstaan en die meer impact had dan duizend woorden.

Ik denk ook aan hoe ik in deze ervaring ben gestapt. Als ik de stem van angst had gevolgd die al dagen van tevoren de kop opstak, had ik die ochtend afgebeld. Ik heb het niet gedaan. Iets in mij wou dit aangaan, mijn energie bleef beschikbaar, zelfs al voelde ik me als een lam dat naar de slachtbank werd geleid.

Ik heb in mijn leven meer dan eens situaties vermeden uit angst. En ik zal het waarschijnlijk nog doen, er liggen ongetwijfeld nog pakken monsters te slapen onder mijn eigenhandig gebreide dekens van ontkenning. Maar waar voor sommigen gezonde angst de perfecte motivatie kan zijn om iets al dan niet te doen, leiden mijn angsten me weg van mijn pad. Ik besef nu dat mijn innerlijke navigatiesysteem me niet noodzakelijk zal beschermen tegen het doormaken van angst. Maar nu is er het weten dat ik dit kan overleven, dat ik de enge gewaarwordingen waar ik mee word geconfronteerd, kan doorvoelen en overstijgen. Wat een geschenk.

De examinator wacht je op. Je slikt. Het is nu of nooit. Je kiest voor nu, en gaat zitten. Het monster wacht muisstil op wat er komt. Zie jij een vijand? Een vriend? Of een mens die net als jij door het heen en weer van ervaringen gaat? Stiekem hoopt hij op het laatste, dan kan hij die verstikkende dekens van zich afgooien en is zijn harde labeur eindelijk voorbij…

Comments & Responses

Comments are closed.